Rasstandaard Mopshond

Onze Mops  heeft meerdere namen:

Home

Mops  (Nederland, Vlaanderen, Duitsland, Scandinavië): Komt waarschijnlijk van mopperaar.
Aanleiding zou het uiterlijk en het snurkgeluid kunnen zijn.
Carlin, Carlino (Frankrijk, Wallonië, Italië, Spanje): Een clown, grappenmaker die optrad met een zwart masker.
Pug (Engeland, Ierland, Amerika): (Latijn: Pugnus = Gebalde vuist).
Het silhouet van het hoofd van een Mopshond lijkt van de zijkant op een gebalde  vuist.

Uiterlijk: Multum in Parvo      = “Veel in weinig” Een Mops is heel veel hond in een klein lichaam.
De Mops is een charmante en levendige gezelschapshond. Hij is uitgesproken vierkant en gedrongen.
Een compacte stevige hond dus, maar nooit dik en log. Hij moet kracht en vitaliteit uitstralen en goed bespierd zijn.
Het hoofd valt direct op. Het is van alle kanten bezien rond. De korte neus ligt van voren gezien in het midden van het hoofd. De snuit is kort en stomp. De huid op de schedel heeft een fijne berimpeling. Het hoofd heeft een zwart masker en de ogen zijn groot, rond en glanzend met een zachte vragende uitdrukking. Ogen die echter ook vol vuur kunnen zijn. De zwarte fluwelen oortjes maken het hoofd compleet. Zeer kenmerkend is eveneens de krulstaart, liefst met een dubbele krul, die hoog over de rug wordt gedragen wat weer bijdraagt aan het korte compacte beeld van het lichaam. De beharing is kort, fijn en heel zacht. De Mops komt voor in de kleur beige (fawn), zilver , abrikoos en zwart.
Op de Nederlandse tentoonstellingen worden ze ingeschreven als beige of zwart. Omdat beige Mopsen zwarte aftekeningen hebben in het masker, oren, duimafdruk op schedel, moles op de wangen en aalstreep over de rug, zijn ze voor sommigen aantrekkelijker en hebben ze meer expressie dan de zwarte Mopsen die deze extra’s niet hebben.
Een zwarte Mops heeft echter evenveel charme en aantrekkingskracht.

Verleden:
De Mopshond vindt zijn oorsprong aan het Chinese hof.  Het is niet helemaal met zekerheid te zeggen wanneer voor het eerst melding wordt gemaakt van kortneuzige schoothonden, maar er zijn aanwijzingen dat er al melding wordt gemaakt van dit type hond in 700 voor Chr. Rond 700 na Chr. wordt gesproken over een “Ssuchuan pai” die met andere geschenken vanuit China aan de keizer van Japan werd aangeboden. Met “pai” werd in die tijd een kortneuzige hond van kleine afmetingen bedoeld. Hij was vrij laag gesteld en hij kon door zijn kleine maat gemakkelijk onder lage tafeltjes liggen. Deze kleine honden waren zeer waardevol. In de plaats Lo-Chiang in de provincie Ssuchuan  kwamen veel  “pai” voor. De Ssuchuan pai werd omgedoopt tot de  “Lo-chiang-sze”, later ingekort tot “Lo-sze” en dit is tot begin 1900 de naam geweest van de Chinese Mops. De Lo-sze werden gefokt in verschillende kleuren, ook in geheel zwart. De taak van de Mops aan het hof was waken en de schoot verwarmen. Hoe, wanneer, waar en door wie de Chinese Mops in Europa werd geïntroduceerd zal wel nooit helemaal duidelijk worden. Er zijn veel, vaak romantische, verhalen in omloop. De Hollandse zeevaarders zouden ze van hun Oost-Indië reizen hebben meegenomen, maar het kunnen ook de Portugezen of de Turken zijn geweest. Ook Djengis Khan zou dit type hondjes bij zich hebben gehad. De Mops verspreide zich vanaf de 17e eeuw snel over Europa en werd heel populair, vooral bij dames. Hij was rustig, lag graag op schoot en had een excentriek uiterlijk. Hij speelde een rol in de Italiaanse “Commedia del Arte”, verbleef aan alle Europese vorstenhoven, redde “de Vader des Vaderlands” Willem van Oranje. Keizerin Josephine was zo verzot op haar Mopshond “Fortuné ” dat dit in de huwelijksnacht bijna leidde tot een ruzie met Napoleon over de aanwezigheid van de Mops in hun bed. In Nederland was de Mopshond een tijdlang het symbool van de oranjegezinde partij. Lange tijd werden de oortjes van de Mops gecoupeerd, iets wat je je nu niet meer kunt voorstellen. De zachte fluwelen oortjes van de Mops geven hem juist zoveel charme. Voor 1880 waren zwarte Mopsen wel aanwezig in Europa, maar zeldzaam.

Introductie in Engeland:
Koning-stadhouder Willem III nam bij zijn overtocht naar Engeland zijn Mopshonden mee en hierna werd het ras ook in Engeland heel populair. Rond 1800 was de Mops echter zoveel gekruist met andere rassen dat er bijna geen raszuivere Mops meer over was. In 1840 besloten Engelse liefhebbers het ras te redden met behulp van importen uit China, Rusland en Nederland. Belangrijke namen uit die tijd zijn: Lord Willoughby en mr. Morrison.

Beroemd:
Zoals al eerder werd aangegeven was de Mops een bekende verschijning aan alle Europese vorstenhoven. Ze zijn ook vaak terug te vinden op oude schilderijen en veel verzamelaars zijn constant op zoek naar eeuwenoude porseleinen Mopsfiguren. Koningin Victoria had een aantal Mopsen, waaronder ook zwarte exemplaren.  Marie Antoinette, Winston Churchill, de auteur Harriet Beecher Stowe (Negerhut van Oom Tom), Koning George III en zijn vrouw Charlotte, de schilder William Hogart, Prins Edward en zijn vrouw mrs. Simpson. Van meer recente tijd zijn modeontwerper Valentino, zanger Billy Joel en stylist Leco van Zadelhof.

Basis gelegd in Nederland:
Er is in de voorbije eeuwen vrij regelmatig met Mopsen gefokt. De populariteit was wisselend door de jaren heen. Vaak werden ze ook gekruist met andere rassen. Eind 19e eeuw waren ze even vrij populair en bij aanvang van de hondententoonstellingen in die periode waren er altijd  wel een aantal Mopsen ingeschreven. De populariteit daalde echter toen de Mopsen ook bij “de kleine luiden” kwamen. De dames in die periode gaven toen meer de voorkeur aan andere rassen zoals bijvoorbeeld de foxterriër. Er is in de decennia hierna op zeer bescheiden schaal gefokt en geïmporteerd vanuit Engeland. De Mops kwam de eerste helft van 20e eeuw in Nederland niet echt tot bloei en was na de tweede wereldoorlog zelfs bijna uitgestorven. Pas toen de rasvereniging werd opgericht in 1957 en mevrouw Veldhuis startte met haar kennel (Warnsborn) kwam er verbetering in kwaliteit en kwantiteit. De Mops werd echter nog vele jaren, zelfs tot in de jaren negentig van de vorige eeuw, gezien als een heel bijzonder ras dat zeker niet voor iedereen beschikbaar moest zijn.

Rasstandaard

Toelichting op de Rastandaard:
Het land van oorsprongs is China. Het land van patronage (verantwoordelijk voor de rasstandaard) is echter Groot Brittannië. De Mops die wij nu kennen is namelijk ontwikkeld in Engeland. De eerste rasstandaard werd opgesteld in 1881 door Hugh Dalziel. Een lange periode is de rasstandaard uit de beginperiode onveranderd gebleven. De huidige officiële rasstandaard dateert van 13.10.2010. Op 16.02.2011 is deze standaard op een aantal punten aangepast. Deze  aanpassingen hebben betrekking op het vermijden van overdrijvingen die de gezondheid zouden kunnen beïnvloeden.
Enkele voorbeelden van deze aanpassing zijn:
Rimpels :  Toen : “large en deep”. Nu: “clearly defined”
Ogen:       Toen:  “Bold and prominent”. Nu:  “Relatively large, round in shape “ en  “Never protruding, exaggerated or showing white  when looking straight ahead. Free from obvious eye problems”
Neus: Nu:  “Pinched nostrils and heavy over the nose wrinkle is unacceptable ad should be heavily penalized”
Voorsnuit:  Nu: Het woord “Relatively” is voor “short muzzle” gezet
Gangwerk: Nu:  “Capable of purposeful and steady movement” is vereist

Gezondheid:
Door zijn specifieke uiterlijk en bouw kent de Mopshond een aantal gezondheidsproblemen die kunnen optreden bij overdrijving van die uiterlijke eigenschappen. In tegenstelling tot beweringen in de pers heeft de Mopshond over het algemeen genomen niet meer problemen dan andere rassen. Het is daarbij wel van belang dat goed wordt gelet op het voorkomen van overdrijvingen en op het tegengaan van het fokken met Mopsen met duidelijke erfelijke fouten. Niet alleen de fokkers en de rasvereniging, maar ook de keurmeesters op shows en de puppykopers hebben daarbij een belangrijke verantwoordelijkheid. Bij de Mops komen gezondheidsproblemen voor die bij alle kleinere hondenrassen voorkomen, zoals patella luxatie. Voor zover wij kunnen nagaan komen geen van die problemen bij de Mops in grotere mate voor dan bij andere kleine hondenrassen. Het eerste dat bij de Mops opvalt, is de korte snuit. Dat blijkt bij nadere bestudering nog wel mee te vallen; onder de neusrimpel is toch nog wel een redelijke neuslengte aanwezig. Toch kan de korte snuit, waarbij alle luchtwegen van een “normale” neus in een kleine ruimte zitten, aanleiding geven tot ademhalingsproblemen, vooral bij warm weer en/of grote opwinding. Het volgende dat opvalt, het is al genoemd, is de berimpeling van het hoofd van de Mops. Een overdreven berimpeling kan tot huidproblemen leiden. De huid moet daar dan ook goed schoon worden gehouden, met name onder de neusrimpel, die vaak zwaarder is dan de overige rimpels. Deze neusrimpel kan, wanneer deze te dik (“te zwaar”) is, voor de ogen komen en bij contact met de ogen tot oogbeschadigingen leiden. Dit is echter een zeldzaam optredend probleem. De ogen van de Mops zijn groot. Omdat bovendien de “stootbumper” die honden met een langere neus hebben, bij de Mops ontbreekt, is het risico op oogbeschadiging bij het spelen of door een takje groter dan bij honden met een “normale” neuslengte.

RSI:
Voor een groot aantal rassen is in 2010 de Ras specifieke Instructie (RSI) opgesteld, met daarin aandachtspunten voor exterieurkeurmeesters op het gebied van kenmerken van de honden die de gezondheid of het welzijn van de hond zouden kunnen bedreigen. Ook de Mops is hierin opgenomen; aandachtspunten voor de Mops zijn ademhalingsproblemen en een te grote neusrimpel die tot beschadiging van de ogen zou kunnen leiden. De keurmeesters zouden Mopsen met duidelijke afwijkingen op deze punten lager kunnen waarderen, en de waarnemingen van de keurmeesters zouden voor de rasvereniging een onderbouwing van de gezondheidsaspecten in het fokbeleid kunnen leveren. Het gebruik van deze RSI door de exterieurkeurmeesters in 2011 heeft bij de Mops nog niet tot merkbare of bruikbare resultaten geleid.

Fokbeleid:
De rasvereniging “Commedia” is in 2012 gestart met het opzetten van onderzoek naar oogafwijkingen, patella luxatie en ademhalingsproblemen  bij Mopsen waarmee wordt of zal worden gefokt. Omdat uit de in het verleden uitgevoerde enquêtes naar gezondheidsproblemen geen duidelijk beeld naar voren is gekomen, zal het onderzoek in het eerste jaar vooral inventariserend van aard zijn. In 2013 zal dan binnen de vereniging worden vastgesteld of, en zo ja welke consequenties aan de resultaten moeten worden verbonden, en zal worden bezien of het onderzoek naar andere onderwerpen moet worden uitgebreid.

Karakter:
Een stoere schoothond. De Mops is een zeer aanhankelijke, intelligente, moedige  en levendige hond. Hij heeft, mede door zijn uiterlijk,  wel iets van een  clowntje. Het is een echte kindervriend en hij is aantrekkelijk voor kinderen door zijn platte, ronde hoofdje met die prachtige ogen. Het is een echte huishond die niets liever wil dan bij de mensen zijn. Hij waakt echter als de beste en bezoek wordt luidruchtig verwelkomt. Veel Mopsen kijken graag televisie en een programma met dieren is daarbij favoriet. Voor veel eigenaren is door het luide geblaf het programma daardoor niet meer te volgen. Een Mops is niet agressief naar soortgenoten en stapt overal onbevangen op af. Hij heeft zelf niets kwaad in het zin, dus verwacht hij dat ook van anderen niet. Dat kan helaas wel eens verkeerd uitpakken bij andere honden.

Rasvereniging:
De rasvereniging is opgericht in 1957 als “Vereniging van Fokkers en Liefhebbers van de Mopshond in Nederland”.
Omdat deze naam wel heel lang was en men bang was dat er gesproken zou worden van “Mopsen Club” werd besloten om een kortere naam te kiezen. Dat  werd: “Commedia”.  In de 16e eeuw was de “Commedia del Arte” een vorm van blijspel waarin een Mops optrad. Van de beginperiode tot 1990 was er een contactblad dat zorgde voor de informatievoorziening en werden er regelmatig Mopsendagen georganiseerd waarbij de Mopsen in groepen van  leeftijd, kennel e.d. werden getoond. Mevrouw Chr. Veldhuis was hierbij de centrale figuur die zeer geanimeerd kon vertellen  over het ras en allerlei wetenswaardigheden wist te melden over de getoonde Mopsen. Er was in die jaren geen sprake van keuring of competitie. Dat veranderde in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw. De tijden waren veranderd en het ras werd populair op de tentoonstellingen. De competitie deed ook bij Commedia zijn intrede. In die periode werden de Mopsen geshowd in de rasgroep dogachtigen. Nu zijn ze ondergebracht in de rasgroep gezelschapshonden.  Liefhebbers van het ras verlangen nog terug naar die tijd omdat ze vinden dat de Mops een echte dogachtige hond is. Mopshondenvereniging Commedia organiseert jaarlijks een kampioenschap clubmatch en een jonge hondendag. Daarnaast is er een activiteitencommissie die zorg draagt voor wandelingen, lezingen, trainingen.

Boeken: 
Geraadpleegde literatuur:
“Der Mops” van Christina A. Veldhuis. Uitgave:  Parey  Buchverlag  Berlin 1997
“De Goodger Guide to the Pug” van Wilhelmina Swainston-Goodger

Bundeling van :
The Pug Dog, Its History and Origin 1930
The Pug Dog Handbook 1959 Uitgave: ORT publications USA, 1995
The Pug Heritage and Art van Nick Waters Uitgave: BB Press 2005

U kunt geen inhoud op deze website kopiëren.